Dag lezer,

Het is precies zes weken geleden dat mijn zoon werd geboren. ‘Werd geboren’, dat klinkt nogal passief. In het Engels heet de laatste fase niet voor niets active labour, en die woorden zijn beter: het was behoorlijk hard werken. En ondanks de lange bevalling en de negen maanden wachten, was hij daar toch ineens. We gaven hem de naam die we sinds februari al in gedachten hadden, een vernoeming naar mijn opa: Wout. Een naam die eerder nog wat abstract was en die ik uit bijgelovigheid niet durfde te gebruiken. Sinds zes weken is het niet alleen meer een naam die we mooi vinden, het is nu zíjn naam, een naam die verbonden is aan het kleine mannetje dat nu tegen me aan ligt, met zijn perfecte vingertjes en teentjes en babygeur. What’s in a name? Alles.

De juiste woorden vinden – dat is bij bijna niks zo belangrijk als bij een naam geven aan een kind. Maar ik moest er ook aan denken toen ik deze week het document met de werktitel op mijn laptop opende (nu er in de nacht weer wat geslapen wordt, durfde ik het aan). Ik probeer de juiste woorden te vinden voor een verhaal dat zich duizend jaar geleden afspeelt, zonder dat het stoffig of gedragen wordt.

Deze week keek ik de film Tolkien, die zich richt op de jonge jaren van de schrijver. De interessantste gesprekken in de film gaan over taal: wat zijn mooie woorden? Zijn woorden alleen mooi door de klank, of ook door hun betekenis? Hoe werken vorm en inhoud samen? Voor Tolkien was het zijn levenswerk: een nieuwe taal maken voor de verhalen die hij wilde vertellen.

Zo ver wil ik niet gaan (en zo’n begaafd linguïst ben ik niet). Maar de vraag welke woorden het beste passen blijft relevant, in ieder geval voor mij als schrijver, maar eigenlijk voor iedereen die graag wil zeggen wat hij of zij bedoelt. Tussen gevoel en taal zit nogal eens een barrière.

Ik blijf er op puzzelen. Maar zes weken geleden hebben we volgens mij het juiste woord gekozen.

Liefs,

Else


Een boek dat je wakker houdt

Mijn nachten waren de afgelopen tijd nogal gebroken. Een boek dat me uitstekend wakker hield tijdens de nachtvoedingen was A Sorceress Comes to Call van T. Kingfisher. Voor iedereen die van fantasy houdt maar niet meer kan lezen over moordende tieners is het een aanrader: één hoofdpersonage is weliswaar een onzekere veertienjarige, de ander is een vijftigjarige vrouw met een slechte knie die ook nog eens de liefde vindt.


Een serie om te bingen

Naast lezen heb ik ook veel gekeken. Zo race ik door Netflix heen. Een serie die me veel te snel was afgelopen, was Nobody Wants This. Het is een romantische comedy waarin een rabbijn en een atheïst elkaar vinden. Het zijn daadwerkelijk leuke mensen die je een relatie gunt én het is grappig. Gelukkig komt er een tweede seizoen.